Van alle verhalen die ik ken is de Mahabharata ongetwijfeld het meest inspirerend. Het verschaft een diep inzicht in de menselijke natuur en het weefsel van de wereld. De Mahabharata helpt me elke dag om nieuwe diepten in mezelf te ontdekken. Zij is een overvloedige bron van raadgevingen op het pad naar verfijning.

‘Áls je dit verhaal zou vertellen aan een oude stok, kreeg hij terstond weer  bladeren en wortels’

Oppervlakkig bezien lijkt de Mahabharata een oorlogsverhaal. Twee clans van neven maken aanspraak op het koninkrijk Bharata. Hun conflict mondt uit in een oorlog die zijn weerga niet kent. Maar wie dieper kijkt ziet dat de strijd om Bharata een metafoor is voor de innerlijke strijd in de mens. Het gaat hier plat gezegd om de strijd tussen goed en kwaad. In diepere zin gaat het echter om een strijd tussen spriituele krachten en egokrachten. Dat is wat de Mahabharata gemeen heeft met de verhalen uit andere tradities.

Uitgesproken én genuanceerd

De pracht en kracht van de Mahabharata zitten hem in de duidelijke en confronterende manier waarop de karakters uitgewerkt zijn. Keer op keer wordt duidelijk hoe onontkoombaar de gebeurtenissen daardoor zijn. Had de oorlog voorkomen kunnen worden? Als bepaalde hoofdpersonen in het verhaal op beslissende momenten andere dingen hadden gedaan misschien wel. Maar als ze andere dingen hadden kúnnen doen, hadden ze andere dingen gedaan. Zo staan de karakters voor de ikjes in ons die hun eigen lied zingen. Sommigen kunnen zich ontwikkelen, andere niet, maar op de beslissende momenten in het verhaal doen ze allemaal wat ze kunnen.

Toch is de Mahabharata in essentie een verhaal van nuance. Dat wordt duidelijk als Krishna, één van de hoodrolspelers, tegen zijn vriend Arjuna zegt:

‘Geen enkele goede mens is helemaal, goed, geen enkele slechte mens is helemaal slecht.’

Want onze geest is altijd op zoek naar houvast en één van het duidelijkste houvast is ‘Dit isgoed en dat is slecht’. Met deze manier van naar de wereld kijken wordt in de Mahabharata genadeloos afgerekend. Want, zo leert het verhaal ons, áls goed en slecht al zouden bestaan, dan zijn beide in ons aanwezig. In ons allemaal. Ja, er zijn egokrachten en spirituele krachten in ons. Maar geen enkele egokkracht is helemaal onzuiver en geen enkele spirituele kracht helemaal zuiver. En op het eind van het verhaal bljkt dat onze ideeën over goed en slecht volledig illusoir waren.

Nieuwe horizonten

Zo toont de Mahabharata duidelijk aan dat het mierzoete ideaal van hart en ziel die compleet zuiver zijn onzin is. Alles heeft nuance, en dat is wat het zo mooi maakt. De nuance inspireert me elke keer weer tot een ontdekkingsreis in mezelf. Meer dan een ver weg geprojecteerd ideaalbeeld brengt het verhaal spirituele ontwikkeling terug naar de menselijke maat. Elke stapje dat ik maak opent een nieuwe laag in het verhaal. Zo blijft mijn reis levend, omdat er elke keer nieuwe horizonten getoond worden. Dit grootse epos zal nog lange tijd een gids blijven op mijn innerlijke reis. Juist doordat de Mahabharata mijn oude hechtingen aan vaste ideeën aantast, geeft ze me het nieuwe houvast van onderzoeken en ontdekken.

Een gereviseerde eerste druk van mijn boek over de Mahabharata is in voorbereiding.