Hoewel achterhaald, komt egobashing nog veel voor in spirituele settings. Dat gaat ongeveer zo: bemerken deelnemers aan een spirituele bijeenkomst ongewenste of negatieve gedragingen of emoties, dan scharen ze die onder het containerbegrip ‘ego’. Daarna volgt de verklaring dat het ego een illusie is, of in elk geval dat zij dat niet zijn, want zij zijn uiteraard ‘in essentie Zuiver Bewustzijn’. Na verloop van tijd komen ze echter tot de ontdekking dat de patronen die zij zo ijverig onder het ego schaarden niet zijn opgelost. Sterker nog, die zijn alleen maar hardnekkiger geworden.
In het grote Indiase verhaal Ramayana laat de hoofdpersoon, Prins Rama, zien hoe het wel moet. Zijn grote rivaal Ravana (het ego) heeft Rama’s vrouw Sita ontvoerd en zich met haar verschanst op het eiland Lanka. Als Rama zich zijn grote legermacht de zuidpunt van India bereikt ziet hij zich geplaatst voor een probleem: hoe komt dat immense leger aan de overkant? De koppen worden bij elkaar gestoken en het idee rijst op om een brug te bouwen om India en (Sri) Lanka met elkaar te verbinden. En zo geschiedt.
De meest plastische beschrijving van het ego die ik gehoord heb is: het ego is een verzameling worden. Dat verklaart ook waarom egobashing niet werkt. Als je je wonden veroordeelt of doet alsof ze een illusie zijn dan genezen ze niet. Ze etteren voort, gaan zweren en hoewel je denkt dat ze opgelost zijn ga je door de grond van de pijn wanneer iemand één van deze wonden zelfs maar even licht aanraakt.
Genezing vindt slechts plaats door liefdevolle en aandachtige verzorging. Daarvoor moeten we onze wonden herkennen, erkennen en er verbinding mee maken. Zo genezen we niet alleen de wonden, maar krijgen we ook zicht onze ware essentie die achter deze wonden zit. Als wij, net zoals Rama, een brug bouwen naar ons ego, dan staat daarna de route naar verwerkelijking van onze essentie open.
Irene
Dank, dank, dank, deze woorden komen weer precies op het goede moment.